Als je dit eenmaal geproefd hebt, koop je nooit meer piccalilly in de winkel. Met veel dank aan Karin Luiten!

                              

Nodig voor ± 3-4 jampotjes:
500 g groente (½ bloemkool, 1 rode paprika, 100 g haricots verts, wat worteltjes)
50 g augurken (pot)
450 ml witte-wijnazijn
300 ml water
1 grote (rode) ui
1 groene of rode peper
2 knoflooktenen
4 cm gember
3 eetl Dijonmosterd
100 g suiker
1 volle theel. zout
2 afgestreken eetl. kerriepoeder
2 afgestreken eetl. maïzena
scheut plantaardige olie

Doen:
Hak ui, peper, knoflook en gember fijn, dat mag ook in de keukenmachine. Verhit een scheut olie in een grote braadpan en fruit dit alles zachtjes een minuut of 4. Snij intussen de bloemkool, paprika, boontjes en worteltjes in poezelig piepkleine stukjes (denk: kabouters). Voeg azijn, water, mosterd, suiker, zout en kerrie toe aan de pan en breng al kloppend met een garde aan de kook zodat de mosterd goed oplost. De alle minigroente erbij en laat 10 minuten zachtjes sudderen. Roer de maïzena los met wat water, giet erbij. Laat onder af en toe roeren nog eens 5 à 10 min sudderen tot de saus dik is en de groenten beetgaar. Hak intussen de augurken in stukjes en roer op het laatst erdoor. Giet in brandschone potten, draai de deksels erop en zet even ondersteboven. Bewaar dan minstens 4 weken op een donkere plek.

Tip:

  1. Brandschone potten? Gebruik ze meteen heet uit de afwasmachine of was goed af met de hand en spoel om met kokend water, ook de deksels.
  2. Veel methodes gaan uit van het eerst pekelen van de groente. Dat is een hoop gedoe en doen ze bij Kesbeke ook niet. Daardoor is deze piccalilly wat korter houdbaar, maar een half jaar lukt zeker.
  3. Lekker bij chili con carne. Karin gebruikt het ook graag als sladressing, bijvoorbeeld door rauwe witlof met appel, rozijnen en zilveruitjes.

Uit: Koken met Karin, koken zonder pakjes en zakjes