Het voelt een beetje eigenaardig, moet ik zeggen. Het is 7 maart vandaag, de kranten staan bol van de artikelen over de aankomende verkiezingen, op het raam zit een poster van GroenLinks (alhoewel een onzer op D66 ging stemmen) en wij hebben al gestemd! Al zeker een dag of tien geleden viel de stempas in de bus. Dat is normaal, die krijg je altijd al vrij bijtijds. Maar nu kregen we deze week nog ieder een dikke envelop van de gemeente. Daarin zaten: een stembiljet van het formaat tafellaken, netjes opgevouwen natuurlijk, twee enveloppen en een briefje met een “gebruiksaanwijzing”.

Dat laatste was duidelijk zo opgesteld dat het voor iedereen begrijpelijk was. Het papier was één keer opgevouwen, maar ze hadden er toch maar even op gezet dat je het moest openvouwen om het te kunnen lezen. Er stond onder andere in dat je elke kleur pen of potlood mocht gebruiken. Gelukkig maar, ik had echt niet geweten waar ik een rood kleurpotlood vandaan had moeten halen. Alhoewel, in de kast met kinderspeelgoed misschien? Goed, we hebben allebei een vakje ingekleurd, elk op ons eigen stembiljet natuurlijk en vervolgens het biljet in een van de enveloppen gedaan en die dichtgeplakt. Daarna ging de envelop met de inmiddels getekende stempas in de andere envelop. Dichtgeplakt en klaar! Een kind kan de was doen.

Maar wat moeten we nou de komende tien dagen? Niet meer kijken of lezen over de verkiezingen? Dat zit er niet in natuurlijk. We doen dus maar of er niets gebeurd is en of we over tien dagen onze stem nog mogen uitbrengen. Maar dat gaat ook niet, want stel je voor dat we spijt krijgen van onze keuze. Dat degene die wij gekozen hebben, ineens heel rare dingen gaat zeggen of doen? Ja, pech gehad, de kans dat er na 17 maart gekke dingen gaan gebeuren is vele malen groter. Alleen al de formatieperiode die hangt vaak van gekke dingen aan elkaar. Goed, wij zijn er klaar voor.

Dan de verkiezingen zelf. Om te beginnen Mark Rutte. Wat mij betreft had die helemaal niet op de lijst moeten staan. Als ik dat nog niet zeker geweten had, zou die mevrouw bij het verkiezingsdebat van RTL me er wel van overtuigd hebben. Zij stelde precies de juiste vraag. Waarom trok hij zich niet terug na die toeslagaffaire, terwijl zijn collega’s dat wel deden. Hij stond er toch wat beduusd bij. In de kamer zie je dat eigenlijk nooit, maar nu wel! Om nog even bij de VVD te blijven, Ankie Broekers-Knol staat gelukkig niet op de lijst. Maar helaas, enige garantie dat ze niet weer staatssecretaris wordt van vluchtelingenzaken, die hebben we niet. En dat zou echt een ramp zijn. 20.000 mensen kregen in 2008 een verblijfsvergunning in het kader van een generaal pardon. Toen ze vijf jaar later hun Nederlanderschap aanvroegen, waren de regels veranderd en kregen ze dat niet. Ze willen nog steeds graag Nederlander worden en wat zegt Ankie: “Dat moet ik eerst nog maar eens laten onderzoeken”. En het toppunt van alles,  de kinderen van die mensen kunnen ook geen Nederlander worden.

Dan het CDA. Over de nummer 1, Wopke Hoekstra, wil ik het niet eens hebben. Die had zelfs niet op plaats 35 moeten staan. Maar er staat één man op, die bijna mijn stem gehad had. Pieter Omtzigt, die had het verdiend. Ik heb niet op hem gestemd. Hij krijgt vast voorkeurstemmen genoeg en laat hij dan maar mooi de luis in de pels blijven. Hij kan nog veel goeds doen op die manier. En voor mij is een stem op het CDA net een brug te ver.

Kanshebbers waren voor mij wel Sigrid Kaag (een onzer heeft op haar gestemd), een sterke vrouw voor D66 en Liliane Ploumen van de PvdA. Dat ik uiteindelijk toch gekozen heb voor de eerste vrouw op de lijst van GroenLinks, heeft zijn reden. Ik ben vier jaar geleden lid van die club geworden en dat is niet voor niks. In de vorige formatieperiode haakte Jesse Klaver af, omdat hij het niet eens was met het vluchtelingenbeleid van de overige partijen. Het was weer “opvang in de regio”. Ik vond dat toen een reden om zijn partij te steunen. Ik hoop dat hij nog even principieel is nu!

Miriam Vaz Dias