Om nog te blijven geloven in de Nederlandse politiek heb je eelt op je ziel nodig of anders een mondkapje dat ook als oogkapje naar boven geschoven kan worden. De landelijke politiek heeft altijd mijn belangstelling gehad. Ik ben geen zwartkijker en heb altijd geprobeerd de mensen die het werk doen in Den Haag het voordeel van de twijfel te geven. Maar nu is voor mij de maat ook wel zo ongeveer vol. Donderdag viel de klap. Er was weer eens een debat over het functioneren van een minister. Inderdaad, Hugo de Jonge en de mondkapjesaffaire. Alleen het woord al doet me sidderen.

Twee jaar lang was het Covid-19 wat de klok sloeg. Er viel heel veel onder crisisbeleid. Ik probeerde dan ook niet te streng te zijn in mijn oordeel. Hij deed zijn best, niet waar, onze Hugo. Hij toonde zich een harde werker, laat daar geen twijfel over bestaan. En waar gewerkt wordt, worden fouten gemaakt. Allemaal waar. Maar er is niets onverteerbaarder dan dat fouten niet toegegeven worden. Het zal best zo zijn dat er een tekort aan mondkapjes was en dat Sywert toen op de proppen kwam met zijn aanbod. En dat die partijgenoot zei dat hij alles zonder winstoogmerk zou doen. Tot zover alles tot je dienst. Maar dan, als de inkooporganisatie van het rijk er niet direct op in gaat, gaat Hugo pushen. En waarom? Hij is bang voor dat mannetje Sywert, dat altijd vooraan zit in de talkshows en alles beter denkt te weten. Stel je voor dat hij Hugo in een kwaad daglicht stelt!

Hugo wil dat niet en dringt bij ambtenaren aan om naar Sywert te luisteren en met hem in zee te gaan. Via apps doet hij dat. Gelukkig hebben we onderzoeksjournalistiek en dit keer is het De Volkskrant die in het kader van WOB (Wet openbaarheid van bestuur) vraagt om het appverkeer van De Jonge. De Kamer vraagt daar ook naar. Aanvankelijk wordt dat geweigerd en wordt de zaak op een vreselijke manier getraineerd. De minister ontkent in alle toonaarden dat hij zich met de mondkapjes bemoeid heeft zelfs. En dan komt er een debat en… wonder boven wonder komen dan ineens de appjes wel. En wat blijkt? Hugo de Jonge heeft zich er wel degelijk mee bemoeid.  En daar ligt bij mij nu de crux. Dat betekent dat hij de Kamer verkeerd heeft voorgelicht. Politiek heette dat altijd een doodzonde te zijn.

Opstappen dus! Maar ja, als je al zo lang Mark Rutte voor je gezien hebt en hebt kunnen meemaken hoe die met dit soort debatten en de gevolgen ervan omgaat… De premier kreeg in april vorig jaar nota bene een motie van wantrouwen aan zijn broek, die met 72 stemmen voor en 77 stemmen tegen het net niet haalde, wat voor hem geen reden was om de eer aan zichzelf te houden, nee hij moest verder. Trouwens, geen minister president heeft in zijn achtereenvolgende regeringsperioden zoveel moties van wantrouwen voorbij zien komen als Rutte.

Nu even terug naar afgelopen donderdag. Caroline van der Plas, van de BBB, bracht het in de eerste termijn al naar voren. “Ik weet nu al hoe dit afloopt, de hele dag debatteren, moties indienen, de coalitiepartijen stemmen en bloc tegen en morgen is er weer een dag.” Ze kreeg uiteraard gelijk.

Waarom trappen we er steeds weer in? Een hele dag verloren aan het kijken naar debatten en aan het eind van de avond, of het begin van de nacht? Ze dronken een glas, ze deden een plas en alles bleef zoals het was.

En dan nog even kort over al die echt belangrijke kwesties die geen steek verder komen. De Toeslagenaffaire en Groningen en het coronabeleid in zijn geheel, om er maar een paar te noemen. Waar blijven de parlementaire enquêtes, waarbij iedereen onder ede gehoord wordt en er geen smoesjes geaccepteerd worden. Ik heb er nog niets over gehoord. Laat staan dat er iets wordt opgelost voor de gedupeerden. Afhandelen nu en die parlementaire onderzoeken kunnen plaatsvinden buiten de Kamer, zodat daar het werk door kan gaan.

Voor mij voorlopig geen spoeddebatten meer, ik houd het even voor gezien!

Miriam Vaz Dias